Wat te doen bij een aanrijding met wild
U wordt plotseling geconfronteerd met een aanrijding met een in het wild levend hoefdier. Wat moet u wel en vooral niet doen.
- Bel direct de politie 0900 8844.
- Bel ook de politie als het dier niet blijft liggen.
- Probeer zo goed mogelijk de locatie door te geven.
- Wacht de komst van de politie of faunabeheerder (rustig) af.
Wat moet u beslist niet doen:
- Rijd niet door, dat is strafbaar.
- Ga nooit achter het dier aan, laat dit over aan de deskundige faunabeheerder.
- Bel niet met de dierenambulance maar met de politie. In het wild levende dieren, zoals edelherten, wilde zwijnen en reeën, hebben weinig tot geen kans na revalidatie te overleven. Soms ontfermt de dierenambulance zich over klein wild wat is aangereden en nog levend wordt aangetroffen.
- Neem aangereden wild nooit mee. Geef het ook niet aan derden. Het zijn beschermde dieren en de Wet natuurbescherming staat dit niet toe. Het is dus strafbaar. Alleen de opgeroepen faunabeheerder via politie en of SWN is bevoegd aangereden dieren te vervoeren.
Aanrijdingen met wild
Jaarlijks worden er duizenden in het wild levende dieren doodgereden. Dit zijn voornamelijk reeën, edelherten, damherten en wilde zwijnen.
Als er een aanrijding heeft plaatsgevonden, dan roept de meldkamer van de politie een daarvoor beschikbare faunabeheerder op. Deze vakkundige mensen zijn aangesloten of geaccrediteerd door de SWN. Zij hebben een speciaal verlof om deze dieren te mogen vervoeren en tevens gewonde dieren uit hun lijden te verlossen. Is het gewonde dier gevlucht, dan zorgt de faunabeheerder ervoor dat het gewonde dier wordt opgespoord. Dit wordt met een speciaal voor dit doel getrainde zweethond gedaan. De inzet van deze gecertificeerde hond is om te voorkomen dat een gewond dier dagen ligt te creperen in het bos of schuilplek. Het dode dier wordt vervolgens door de faunabeheerder afgevoerd.